Ik kan me nog herinneren hoe het was om te leren schrijven in het eerste leerjaar. De twee hulplijntjes waar alles tussenin moest komen en de beverige hanenpoten die toch oncontroleerbaar altijd weer buiten die oevers traden. De mengeling van angstige spanning en lichte euforie die daarmee gepaard ging. In het tweede leerjaar de verfijning van het ambacht met de krullerige hoofdletters in het schooljuffenschoonschrift dat iedereen tegen het eerste middelbaar definitief de rug toe zou keren. Sinds die tijd ben ik nooit meer gestopt met schrijven: het fysieke schrijven van pen op papier, het mentale schrijven van binnenkant omzetten in buitenkant.
Ben ik ook nooit meer gestopt met het kopen van notitieboekjes en -schriften en heb ik me ontwikkeld tot passionele liefhebber van wat in het Engels met een mooi en wat ondoorzichtig woord ‘stationery’ heet. Mijn eerste exemplaren dateren uit de jaren ’80, tijdperk van duur en leeg snobisme in de mode, maar ook van Indische sjaaltjes, hemden en lange rokken, Chinese fluwelen slofjes en … zwarte notitieboekjes met rode hoeken, rode rug en lage papierkwaliteit die je in welbepaalde winkels tussen de wierookstokjes en de patchouli kon vinden. Ik heb er een stapel volgepend tussen mijn 14e en ergens in de 20e.
Vele jaren later ben ik zo ver heen dat ik af en toe dat droompje koester: om een piepklein winkeltje te hebben volgestouwd met boekjes en schriften, uit alle exotische hoeken van de wereld, waar andere hartstochtelijke liefhebbers van papierwaren op af komen als vliegen op de suikerpot. Nee, ik zal het nooit doen, maar het is een fijn droompje om af en toe heen te vluchten in geval van nood.
Net als naar de herinneringen die sommige boekjes oproepen. Als de gemiddelde toerist souvenirs koopt of lokaal ambacht, dan koop ik een notitieschrift. Eentje in Firenze op mijn 17e, waar een tijdje later het eerste verliefdheidsgesputter op mijn intussen nog steeds geliefde man in kwam te staan. In de vroege jaren ’90 erg sovjet aandoende schriften met plastic covers in Moskou, veel later een exemplaar in New York in de eeuwige Barnes & Noble. Nee, in Rio de Janeiro vond ik er geen, daar dansen ze alleen maar de samba en laten ze hun weelderige ledematen nog een tintje bruiner bakken.
Intussen weet ik dus wel wat af van notitiespul. Mij zal je nooit betrappen met een zielig Atoma-schriftje of een geperforeerd lijntjesblok. Sinds een paar maanden heb ik een ommekeer gemaakt: hoewel ik al zowat mijn hele leven schrijf heb ik nu besloten dat ik een schrijver ben en dat ik voortaan gul zal zijn voor mezelf. Vroeger kocht ik over het algemeen een nieuw notitieboek wanneer het vorige bijna volgeschreven was. Ik had zelfs een vaag bijgeloof dat wanneer ik zomaar op lukrake momenten boekjes kocht en die lege exemplaren ‘God forbid’ zelfs zou gaan oppotten er iets radicaal fout zou gaan. Nu laat ik mezelf gaan, koop ik wat me bevalt op om het even welk moment, in allerlei formaten, beschouw ik dat als het verwennen van de schrijver in mij en weet ik dat op termijn alles altijd volgeschreven raakt.
Laat ik nu maar een paar van mijn favorieten delen, misschien valt er nog wel iemand warm te maken voor de nobele boekjesliefhebberij.
Voor simpel en basic, één adres: de dichtstbijzijnde Hema! In de loop der jaren is het aanbod verbeterd en ze weten te verrassen met leuke en heel betaalbare papierwaren.
Lager zakken is mogelijk, natuurlijk: in Zeeman of Kruidvat vind je ook wel eens iets om in te schrijven. Eén tip: respecteer je schrijvende zelf, koop het niet.
Kies in plaats daarvan voor écht mooie dingen. De boekjes van Jill Bliss bijvoorbeeld. Deze dame, die ergens in een romantisch huisje in de ongerepte natuur woont, maakt heerlijke papierwaren met gedetailleerde natuurafbeeldingen. Extra leuk is dat ook de binnenkanten tekeningen hebben, zonder dat het storend wordt bij het schrijven.
Dille en Kamille heeft een schattige collectie schriftjes – nogal dun wel – met retrolook.
Om Paperblanks kan je niet heen: topkwaliteit en dus prijziger, als je een veelschrijver bent tamelijk onbetaalbaar eigenlijk, maar met prachtige artistieke en decoratieve covers waar telkens achterin een herkomstverhaal(tje) bij wordt geleverd. De webshop voor België is ééntalig Frans (slecht punt), maar je kan ze op heel wat plaatsen vinden, onder andere Standaard Boekhandel en Club.
De blankbooks van het Duitse Tushita Verlag hebben geen lijntjes, minder handig als je ervan houdt om mooi recht te schrijven, maar des te leuker als je tussendoor ook wel eens droedelt of schetst.
Koop ik niet: Moleskine-boekjes. Ik weet het: Van Gogh, Picasso en Hemingway gebruikten ze, maar ze zijn me vaak net wat te sober, saai bijna, duur ook, en als een merk zichzelf legendarisch noemt en een filosofie heeft, word ik tegendraads en hoef ik het niet meer. Maar voel je vrij om je in hopen Moleskines te wentelen als het jouw ding is.
Recente ontdekking: Papiermier, een hele leuke en uitgebreide webshop van een gedreven koppel met als baseline ‘alles papier’. Heel veel schriften en boekjes, alles overzichtelijk en met duidelijke informatie, je krijgt vanzelf zin om op het winkelwagentje-icoon te klikken.
Recente vreugde: een dochter hebben die ook de schrijven/boekjestoer op lijkt te gaan.
En verder: hou je ogen open, de wereld is vol notitieboeken. Kwaliteitsboekhandels, Oxfam Wereldwinkels, spullen- en prullenwinkeltjes allerhande hebben er soms verrassend mooie in huis.
Om af te sluiten nog even een stukje verdriet en horror van deze moderne tijden: google het prachtige woord ‘notebook’ en de eerste links die je krijgt gaan niet naar ingebonden papier en kleurige omslagen maar naar zielloze laptops. Ik droom van een tijd waarin we die onzin z’n juiste plaats hebben weten te geven en we weer met z’n allen één of ander heerlijk boekje meedragen in tas of broekzak.