Bella Italia: hoe Zwitserland niet Italië is, en vice-versa (dag 4)

Gisteren reisde ik van Zwitserland naar ItalIë. De fiere knalrode trein van de Rhätische Bahn komt aan in Tirano en binnen het half uur na aankomst ben ik er helemaal van doordrongen dat ik niet langer in Zwitserland ben, maar wel in Italië. ‘Perché?’ Wel, hierom:

De stationsklok staat permanent op half 6, ook al is het iets na de middag. Ondenkbaar in Zwitserland, land der klokken.

De openbare toiletten hanteren duidelijk een andere standaard van (on)reinheid. Aan de voorkant van het station zijn ze ‘guasto’ (defect), aan de achterkant is er één toilet van 3 beschikbaar, zij het zonder toiletpapier, zeep of water.

Ik ben amper op een bank onder een boom op het stationsplein neergestreken of ik ben getuige van een woordenwisseling met armgebaren en stemverheffing. De chauffeur van een tourbus ziet zijn route geblokkeerd door een stelletje jongemannen die wat achteloos illegaal geparkeerd hebben. Hij stapt uit z’n bus en wast hen de oren, doorspekt met ‘irresponsabile’ en ‘fare una manovra’ en veel woorden die ik niet versta. Heerlijk en griezelig tegelijk, die temperamentjes.

De chauffeur van de bus die ik moet nemen richting Colico is ook niet van de vriendelijkste. Hij spuwt wat woorden uit en veegt ons ongeduldig met een armzwaai de bus in, alsof we een kudde schapen zijn waarvan hij de intelligentie laag inschat.

We worden geacht een mondmasker te dragen, maar iedereen past het uit de losse pols toe: masker op bij het instappen, op half zeven of helemaal uit zodra de zitplaats bereikt is. Idem in de daarop volgende treinen naar Milaan en Genova. De komst van de kaartjesknipper is het signaal om het masker even op te zetten, daarna gaat het weer af.

In Zwitserland kijk je uit een treinraam en ziet letterlijk niet één gebouw er ook maar enigszins vervallen of dringend restauratie behoevend uit. In Italië maakt verval deel uit van het landschap. Bladderende muren, dakloze huizen, verbleekte etalages van leegstaande winkels.

Soms kloppen clichés over landen en hun bevolking blijkbaar als een bus. Wil dat zeggen dat Zwitserland – lees: orde, netheid, regelmaat – te verkiezen is boven de chaos en de lichte groezeligheid van Italië?

Nee, het is gewoon anders. Ik sta in bewondering voor de precisie van Zwitserland, terwijl Italië mij doet glimlachen. Een balkon vol ordeloze potten met cactussen. Twee oma’s die op helblauwe plastic stoelen zitten te praten bij een drankje op het terras van een onooglijk barretje.

Intussen ben ik in Genua / Genova en word ik voortdurend blij van wat ik ‘zuidersheid’ zou noemen. Het mag in België in de zomer intussen vaker 30° zijn dan ons lief is, maar ‘zuidersheid’ valt er niet te bespeuren. Het heeft dus niet alleen met temperatuur te maken. Zuidersheid, dat is dit:

Of dit (een zicht uit het raam van een museum)::

Of dit (Renzo Piano die zich even heeft uitgeleefd in de oude haven):

Eigenlijk, kortom:

Emozioni, si! De hele dag heb ik rondgedwaald in de lichte bedwelming van zuidersheid. Buiten, en binnen. Italianen gooien kunst naar je toe alsof het confetti is. Ze zijn niet zuinig, in Genova wordt er niet op een palazzo meer of minder gekeken, en ze zitten allemaal tjokvol schilderijen, meubels, fresco’s, beelden, kanten kragen, bidkapellen en salons. Je stroomt van de ene esthetische flow in de volgende. Valt op: de trots van het museumpersoneel. Ze coachen je actief door de zalen heen, wijzen de weg – ‘hierheen, daarzo’, ‘nu deze trap op, signora’ – lijken blij om bezoekers langs de kunstschatten van hun stad te leiden. Ook in de kunstwerken is de teneur voor mij vandaag: ‘emozioni‘. Ingehouden, bij deze dame uit 1510/1520.

Overduidelijk bij de Maddalena Penitente van Canova. Hij oogstte er succes mee in Parijs, kreeg anderzijds de kritiek dat hij de grenzen tussen schilderkunst en beeldhouwkunst sloopte.

Het zijn maar enkele beelden van vele. Het zouden er net zo goed andere kunnen zijn. De handen van de poppenspeler bijvoorbeeld, een foto van Tina Modotti (lees haar bewogen leven erop na):

Het is donker en de stad gonst, ook de geluiden buiten het openstaande raam klinken zuiders. Ik ga nog even wat lichtjes kijken en in het station vlakbij checken hoe ik aan een ticket kom voor de treinreis van morgen naar La Spezia. Wat er voor de rest op het programma staat? Geen idee, dat wijst zich vanzelf uit.

2 reacties op ‘Bella Italia: hoe Zwitserland niet Italië is, en vice-versa (dag 4)

  1. Dag Sandra,
    Genua ken ik alleen via de columns van Ilja Leonard Pfeijffer die net als jij lyrisch en liefdevol kritisch kan schrijven over zijn stad en het Palazzo waar hij in woont. Je schrijfsels over de stad inspireren me om in de toekomst zijn boek ‘La Superba ter hand te nemen. Ooit als het me terug lukt om te lezen… X Mirandad

    Like

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s