Het houdt mij al jaren bezig: de manier van liefdesrelaties aangaan en beleven die algemeen als normaal wordt beschouwd in onze westerse samenleving. Ik ervaar ze als dwingend en verstikkend en kan er niet goed mee omgaan. In mijn persoonlijk leven probeer ik het anders aan te pakken, maar ik ervaar keer op keer dat afwijken van relationele normen heel moeilijk is als de meeste mensen rond je van de stilzwijgende standaard uitgaan.
Wat ik bedoel? Ik bedoel: kijk rond je naar koppels en kijk naar jezelf. Wanneer ik dat doe, zie ik in relaties tamelijk algemeen dezelfde fenomenen, en ik zal niet beweren er zelf helemaal vrij van te zijn:
- 1001 verwachtingen ten opzichte van elkaar koesteren
- het volkomen evident vinden om er zulke uitgebreide verwachtingen op na te houden
- levenslange exclusiviteit in het gevoelsleven van de ander opeisen
- gedrag vertonen dat er in de praktijk op neerkomt elkaar wederzijds in bezit te hebben zonder dat we dit zo benoemen.
Waarom verwachten we om te beginnen zo veel? Omdat we de ander zelf hebben uitgezocht op basis van de duizelingwekkende intensiteit van aantrekking en verliefdheid. Partners worden we niet meer omdat onze ouders of een religieuze instantie ons geschikt voor elkaar vinden of omdat onze relatie een goede economische match zou zijn. Nee, de ander is onze persoonlijke uitverkorene: we hebben hem of haar, zonder inmenging van anderen, uit de massa gelicht op basis van criteria die voornamelijk emotioneel en affectief zijn. We hebben besloten dat hij of zij hét is, de ware, enige, bijzondere met wie we een unieke, alleen door ons beiden te doorgronden, onvervangbare band hebben.

Met zulke onuitgesproken achterliggende visie laden we zonder het goed te beseffen een groot gewicht op onszelf en onze partner. We verlangen en verwachten enorm veel. Een partner moet zowat de talenten en vaardigheden van een superheld of -heldin in zich verenigen. Moet beste maatje en verleidelijke seksgod(in) zijn, vertrouweling, conversatiepartner, steun en toeverlaat, betrouwbare ouder en noem maar op. Hebben we een relationele behoefte, dan denken we er automatisch van te mogen uitgaan dat de ander die moet kunnen vervullen. We willen dat er echt naar ons wordt geluisterd, we willen deel kunnen hebben aan de intieme binnenwereld van de ander, we willen ten allen tijde begrip kunnen ervaren, zachte huiselijkheid en koestering krijgen, maar ook wel als het zo uitkomt avontuurlijke uitjes beleven, uitdagende en speelse dingen doen die ons zelfs na jaren relatie nog weten te verrassen en natuurlijk een seksleven dat spannend en opwindend blijft. Het volstaat om iets te willen, waarop een verwachting ontstaat waarvan we vinden dat de ander ze moet invullen. Liefst van al ook zonder dat we helder en concreet hebben geformuleerd wat het precies is wat we willen. De ander moet het aanvoelen, want expliciet zijn, dat doet afbreuk aan de romantiek. Als onze partner aan onze woordelijk geformuleerde verzoeken voldoet, dan is hij of zij toch niet veel meer dan een gedweeë robot, toch? Nee, de ander moet het uit zichzelf weten en voelen, wat wij zo graag willen.
Daar komt nog bij dat we alles doorgaans heel evident vinden. Het is niet zo dat de partner die er redelijk in slaagt aan onze resem verwachtingen te voldoen op onze grenzeloze en nederige dankbaarheid kan rekenen. We vinden het niet meer dan normaal.
De status die we allebei ten opzichte van elkaar hebben van uitverkoren zijn maakt ook dat anderen uit onze verhouding worden buitengesloten en we elkaar als het ware een ongeschreven exclusiviteitscontract laten ondertekenen. Uitverkoren zijn betekent de enige zijn, op een voetstukje staan waar maar plaats is voor één. We garanderen elkaar permanent de exclusiviteit. En omdat dit zo’n bijzondere en emotioneel beladen status is, kan hij niet worden ingetrokken of beëindigd zonder dat het ingrijpende en bijzonder pijnlijke gevolgen heeft. Daaruit volgt onvermijdelijk dat de exclusiviteit die we bieden zich ook eindeloos moet uitstrekken in de tijd. Ideaal zou ze eigenlijk levenslang moeten zijn.
In de praktijk betalen we voor uitverkoren en exclusief zijn een hoge prijs. Het creëert scherpe geboden en verboden. Het komt erop neer dat we voor iemand met hetzelfde geslacht als onze partner geen tedere gevoelens meer mogen koesteren, dat we geen vrijheid meer hebben in omgang, in persoonlijke gesprekken voeren, in actief zijn op sociale media, communicatie via sms of e-mail, afspreken op café, restaurant, in de bioscoop, en natuurlijk is ook fysieke en seksuele intimiteit met een andere man of vrouw verboden. We geven al die vrijheden die we ooit probleemloos genoten op in ruil voor het statuut van uitverkorene.
De facto worden we daardoor elkaars bezit. Want wat ben je anders als de ander van jou en jij van de ander mag verwachten dat jouw intieme geestelijke inhoud, jouw meest persoonlijke passie, de gevoeligheid van je zintuigen en je lichaam, je vermogen om liefde en tederheid te ervaren en uit te drukken zich alleen nog mogen richten op die ene persoon, alleen nog met haar of hem mogen gedeeld worden?
In de meeste literatuur en artikels over liefdesrelaties wordt deze normaal bevonden constellatie van uitverkiezing, verwachtingen, exclusiviteit en bezit niet in vraag gesteld. Het wordt beschouwd als de manier waarop liefde en relatie nu eenmaal in elkaar zitten. Er wordt ook gesuggereerd dat er bij wie anders functioneert iets fout is. Wie moeite heeft met dit exclusieve 1-1-model mist vast essentiële dingen in de relatie (en moet proberen dat gemis op te lossen door er hard aan te werken met de partner), zal wel een probleem hebben met hechting of heeft wat voor blokkade dan ook en is daardoor niet in staat tot diepe intimiteit met één persoon. Lees: als jij moeite hebt met het gebruikelijke westerse relatiemodel dan ben jij diegene die abnormaal en disfunctioneel is, want aan het relatiemodel zelf schort op zich niets.
Wel, ik vind dus heel erg van wél. Ligt het alleen maar aan onze menselijke imperfectie dat zoveel relaties stuklopen en dat overspel en geheimhouding bijna eerder regel dan uitzondering zijn? Of hebben we met ons gebruikelijke relatiemodel de lat voor elkaar zo hoog gelegd, de standaard zo dwingend gemaakt dat bijna elk van ons vroeg of laat zal struikelen? Ik denk dat het dat laatste is. Na verloop van tijd merken we dat een pact van verwachtingen, exclusiviteit en bezit weinig of geen ruimte laat voor groei en ontplooiing, voor evolutie en verandering, allemaal elementen die wezenlijk zijn in onze menselijke natuur en die we zeker in een langer durende relatie niet kunnen negeren als we onze persoonlijke integriteit willen behouden.
De conclusie die ik voor mezelf trek is: er is niks mis met mij, er is wel iets aan de hand met de standaard perceptie en de normen op het vlak van relaties. Daaruit volgen vanzelf de vragen:
Hoe moet het dan anders?
Is het mogelijk om minder van elkaar te verwachten en ook gelukkig te zijn, of misschien gelukkiger?
Kunnen we het begrip trouw op een andere manier invullen?
Is er ook nog intimiteit mogelijk met een ander buiten je relatie zonder dat dat op bedrog of ontrouw neerkomt en hoe dan?
Zou het ook een impact hebben op de samenleving als we elkaar minder beschouwden als ons exclusieve bezit?
Genoeg stof tot nadenken voor een volgende keer.