Is daar onderzoek naar gedaan, naar de effecten van museumbezoek? Dat vroeg ik me plots af. Eigenlijk naar aanleiding van mijn eigen recente bezoek aan Museum M in Leuven. Ik kom er regelmatig. Als een café je stamkroeg kan zijn, dan is Museum M mijn ‘stammuseum’. Het slaat nergens op, want ik ga er altijd in mijn eentje heen, dus van stam is geen sprake, maar dat heeft geen belang. Googlen op ‘psychologisch effect van museumbezoek’ levert nauwelijks wat op, behalve dat museumbezoek, net als contact met dieren en mediteren, het welbevinden van mensen met een hersenaandoening zou verbeteren. Hersenaandoening of niet, mijn welbevinden wordt in elk geval beter van musea. Ik maak een wereldreis in één of andere sfeer – en dat zonder geestverruimende middelen – en word stil en mild binnenin. Als ik me creatief wat opgedroogd voel, gaat alles soms weer stromen. Dat was nu ook weer zo. Ik stapte het museum uit en schreef (zie lager).
Wat er op dit moment te zien is in Museum M? ‘Ecce homo’, een prachtige dialoog tussen fotografe Lieve Blanquaert en de vaste collectie, over de manieren waarop lijden wordt uitgebeeld. De foto’s zijn tussen, naast of tegenover de schilderijen en beelden opgehangen: ze contrasteren en harmoniëren, verruimen, actualiseren, verscherpen of verzachten. Verfrissend dat een museum genoeg durf heeft om verschillende kunstuitingen naast elkaar te presenteren en elkaar te laten versterken. Mooi ook hoe foto’s uit 2016 de springlevendheid van kunstwerken uit soms lang vervlogen eeuwen kunnen laten oplichten. Je hebt nog wel even de tijd om naar ‘Ecce homo’ te gaan kijken – tot 17 januari 2017 om precies te zijn – , maar stel het niet te lang uit.
Museum M
Binnentreden met
niet meer bagage dan mijzelf.
Hoewel dat weinig lijkt
soms zwaar te tillen toch.
Kaartje kopen,
jas en tas achterlaten,
zaal 1,
overgave.
Aan de houten engelen met fluiten,
uit die eeuwen toen engelen met fluiten
er nog toe deden.
Aan de roodheid van een gewaad.
Aan het verstikkend veilige duister
van Permekes landschap.
Overgave aan elke tint
van huid, elk vlekje, krasje, elke ader.
Overgave
aan muren,
drempels,
hoogtes,
spiegels,
uitzichten,
stiltes.
Gaandeweg binnengesijpeld worden,
met de inhoud van die anderen
die ook toevallige namen hebben.
Nieuwe vloeistoffen wolkend door eigen,
infuus van opluchting.
Wanneer ik buiten kom
ben ik meer kunstenaar
dan eerder.
Zo licht
dat ik mijn lippen in mijn gezicht voel zitten,
armen bengelend in het gelid van oksels.
Weer verwachting geworden,
bereidheid,
klaarte.